Het is een fase...


“Lieverd, wil je je water even opdrinken?”
-geen reactie aan de kant van dochterlief -
“Drink even je water op. Je hebt al zo weinig gedronken vandaag”
Ze slaakt een dramatische zucht, roept “LAAT ME MET RUST!” en sluit zichzelf op in de wc


Dames en heren, het gaat hier niet om een 16 jarige puber. Het gaat hier om een kleuter. Een gewone (voor zover ik kan inschatten…) kleuter. Van 5. Met een attitude. Een attitude die bij ons in huis ook wel aangeduid wordt als kleuterpubertijd. Met als bijkomende interessante waarneming dat de puberale uitingen van onze dochter 1 keer per maand op het hoogtepunt lijken te zijn. Voor de vrouwen onder ons is dan gelijk duidelijk waar ik op doel. Voor de mannen die samenleven met die vrouwen naar alle waarschijnlijkheid ook.

Nu was de peuterpubertijd een bekend fenomeen. De ‘ik ben twee en zeg nee’- fase heeft ook ons huis niet overgeslagen. Inclusief het alles zelf willen doen. Oh, wat verlang ik nu wel eens naar die tijd. Onze mini-puber doet alles op z’n elfendertigst en is liever lui dan moe. Als het zaken betreft die wij graag van haar willen zijn allerlei andere dingen VEUL belangrijker. Nare taken als ontbijten, tanden poetsen, je groene dingetjes opeten slaat ze het liefst over en gaan altijd gepaard met vele aansporing van onze kant. Iedere. Dag. Weer. Waar vervolgens op gereageerd wordt met veel zuchten, rollende ogen. In de echt heftige gevallen, zoals het vragen om het opdrinken van water gaat het gepaard met weglopen en stampvoeten.

Ook de momenten dat onze dochter bezig is met zaken die voor haar belangrijk zijn kunnen zorgen voor wat botsingen. Bijvoorbeeld het moment dat onze dochter echt het ene vleugeltje van dat elfje nog rood moet maken terwijl ik al klaar staat met haar schooltas. Daarnaast probeer ik  met één hand ook nog wat mascara op mijn wimpers te smeren omdat het ook deze ochtend weer niet gelukt is om de snooze button te weerstaan. Hierdoor is er een permanente tijdnood die niet is in te halen. Zeker niet met de kleuter in huis. Want als ze dan dat vleugeltje heeft ingekleurd (lees: als ze woest het rode potlood op de tafel heeft gegooid omdat ik haar dringend heb verzocht NU haar jas aan te gaan doen) bedenkt ze dat ze toch ook nog wel heel nodig moet poepen. Zeg maar hallo tegen de walk of shame het klaslokaal in terwijl de bel al gaat en alle moeders die het allemaal wel op orde hebben afkeurend naar ons kijken.

Het interessante aan deze fase is dat de dingen waar ze in de peuter pubertijd nog wel van onder de indruk was, (Je stem verheffen, de ik tel tot drie methode… u kent ze wel al die gouden ouden.) nu nauwelijks nog zoden aan de dijk zetten. Dit soort acties resulteren vaak juist in nog meer dwarsheid. Het lijkt erop alsof we steeds meer moeten overleggen met onze dochter. Nu zijn wij zeker niet tegen overleggen en deden dit al regelmatig met onze dochter, echter nu lijkt het overleggen meer op chanteren vanuit de kant van onze dochter. “Nou, als ik dit niet mag dan doe ik ook lekker dat niet.” Eerlijk is eerlijk, deze kant van mijn dochter vind ik een lastige. Het is een kant die iets in mij losmaakt waardoor ik in een strijd lijk te verzanden met haar. Aan de ene kant vind ik dat ze het recht heeft om haar mening te hebben en die mag ze ook ventileren. In sommige gevallen zal het ook zeker zo zijn dat wij als ouders dan ons ongelijk toe moeten geven. Echter is het ook zo dat er situaties zijn waarin haar mening niets veranderdt aan de zaak. Laten we het de “moeders wil is wet’-momenten noemen. Als deze momenten zich voordoen hou ik voet bij stuk en blijft zij vervolgens een eeuwigheid blijft hangen in haar boosheid en het gevoel dat haar onrecht aangedaan wordt. De uitspraak ‘IK MAG OOK NOOIT WAT!’ is inmiddels een veel gehoorde. Ik probeer de kleuter vooral mee te geven dat ik snap dat het vervelend is dat ze bepaalde dingen niet mag of dat bepaalde zaken niet kunnen. Tegelijkertijd geef ik haar ook aan dat het fijner is om te kijken naar alle dingen die ze allemaal wel krijgt, mag of meemaakt. Ik probeer haar een positieve kijk op het leven mee te geven, haar te leren dat het veel beter is om je te focussen op de fijne dingen in het leven dan op alle zaken die misgaan of vervelend zijn.

Misschien heb ik zojuist de reden gevonden dat ik in deze fase van het moederschap worstel met haar houding. Al sinds ze geboren wordt is houdt de vraag: ‘wat wil je je kind meegeven?’ me af en toe bezig. Een echt goed antwoord kon ik eigenlijk nooit echt geven zonder uit te komen bij cliché’s zoals: ‘Als ze maar gelukkig is’. Nu in deze fase merk ik dat ik haar graag een basishouding zou willen meegegeven die uitgaat van het positieve. Altijd mogen streven naar meer of beter als je dat graag wil maar dat tevreden zijn met wat je al hebt ook belangrijk is. Tel je zegeningen zeg maar.. Fijn om er op deze manier een draai aan te geven waardoor het lijkt alsof die hele kleuter pubertijd echt zin heeft. Nu nog een houding voor mezelf vinden die het makkelijker maakt met die puberbuien om te gaan. Het zou fijn zijn als ik die houding vind voor ze 16 is…

Wat zijn jullie ervaringen met intense kleuterpubers? Ik hoor graag al jullie tips en anekdotes. Gedeelde smart is tenslotte halve smart. Het toffe plaatje komt trouwens van de Club van Relaxte moeders. De moeite van het volgen waard voor fijne relativering en humor om te lachen.